Om de zenuwen weer te activeren in ons lichaam kunnen we bepaalde zenuwstretches doen.
Oefeningen 1: De armzenuwen
De zenuwen lopen langs spieren en fascie en kunnen minder goed bewegen of zelfs beknelt raken. Dit kan tintelingen of een doof gevoel in armen/handen geven. Op het plaatje zie je 3 stretch oefeningen voor de armen, waardoor je de zenuwen soepel kunt houden. Neem de houdingen aan zoals bij A, B en C uitgebeeld en houd iedere houding 10 tellen vast. Doe eerst de oefening met je rechterarm en daarna met je linkerarm. Je kunt de oefeningen uitdagender maken door bij iedere houding je kin naar het sleutelbeen te brengen van de tegenovergestelde kant. Dus als je een van de houdingen aanneemt met de linkerarm, breng je de kin naar je rechter sleutelbeen.
Oefening 2: Het flossen van de Nervus Subscapularis
Zenuwflossen zorgt ervoor dat de zenuwen in hun omhulsel kunnen glijden, waardoor ze in het weefsel beweeglijker worden. Bij deze oefening gaan we dat doen bij de zenuw die vanuit de nek naar het schouderblad loopt. Deze oefening is zeer effect bij bewegingsbeperking in schouder en armen.
Buig je hoofd naar je linker schouder zodat je zoveel mogelijk met je oor richting linker schouder gaat. Houd je hoofd in deze positie gedurende de oefening. Hef je rechterarm zijwaarts omhoog en buig je arm zodra je richting hoofd gaat en raak met je hand de achterkant van je hoofd aan. Breng vervolgens je arm weer zijwaarts terug naar de begin positie. Herhaal deze beweging 10 x in een redelijk vlot tempo. Herhaal de oefening met je hoofd naar de rechter schouder gebogen en het zijwaarts omhoog brengen van je linkerarm.
Oefening 3: Het flossen van de zenuwen van rug naar been
Het flossen is geen stretch beweging waarbij je de beide uiteinden wilt rekken. Het gaat om een het heen en weer bewegen (flossen) van een zenuw in zijn geheel.
Ga zitten op een stoel. Strek 1 been uit met hak op de grond. Kijk recht vooruit. Trek de tenen van het uitgestrekte been naar je toe. Terwijl je dat doet breng je het hoofd naar achteren. Dit doe je in één beweging; dus tenen naar je toe gezicht omhoog kijkend naar het plafond. Daarna tenen van je af en trek je kin naar de borst. Alles in een vloeiende beweging. Herhaal dit 10x en vervolgens herhaal je de oefening bij het andere been.
Mocht deze oefening soepel verlopen kun je de moeilijkheidsgraad verhogen door het been dat je strekt in de lucht recht voor je te houden in plaats van het uitstrekken met de hak op de grond.
Oefening 4: Het stretchen van de bil/been zenuw
Ga staan met voeten op heupbreedte. Leg 1 been op een verhoging, bijvoorbeeld een krukje of de onderste trede van de trap. Trek de tenen van deze voet naar je toe. Buig vanuit de heupen met je torso naar voren totdat je stretch voelt in de zenuw die van de bil naar je been gaat. Houd deze houding 10 tellen vast en kom weer rustig omhoog. Doe de stretch 3x en wissel dan van been om de oefening te herhalen.